Muziektherapie is als een warm bad voor kinderen met autisme. Bij de meeste kinderen heeft het een gunstige ontwikkeling op het gebied van het sociale gedrag. Niet alleen tijdens de therapeutische context, maar ook daarbuiten. Dit blijkt uit onderzoek naar de effectiviteit van de muziektherapie van Stichting Papageno van Mathieu Pater aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Centraal in het onderzoek stond het Papageno Muziektherapie Programma. Dit programma is ontwikkeld met hulp van de Stichting Papageno, opgericht door (dirigent) Jaap en Aaltje van Zweden. De muziektherapeuten van de stichting zijn overal in Nederland actief. Ze geven muziektherapie bij de kinderen thuis, in hun vertrouwde omgeving. Met een stapel muziekinstrumenten onder de arm, lukt het meestal snel om toegang te krijgen tot de wereld van het kind.
Pater heeft op basis van een literatuurreview en praktijkonderzoek een uniforme interventiehandleiding ontwikkeld. Deze is vervolgens getoetst om indicaties te krijgen van de effectiviteit en werkzame elementen. Het verzamelde bewijsmateriaal geeft inzicht in wat er gebeurt in de muziektherapie. Op basis daarvan is een eerste werkmodel ontwikkeld.
Het onderzoek laat zien dat de inzet van muziektherapie bij de meeste kinderen resulteert in een gunstige ontwikkeling op het gebied van het sociale gedrag. De verworven vaardigheden in de muziektherapie bleken werden bovendien ook in situaties buiten de therapeutische context waargenomen. Dit laatste vertelt iets over het generaliseren van de aangeleerde vaardigheden, wat voor iemand met ASS vaak lastig is.
De Papageno-therapie is er klaar voor om verder in de praktijk te worden toegepast. Op basis daarvan kan de module verder worden onderbouwd en onderzocht.
Bron: rug.nl vakbladvroeg